Woordenboek Nederlands-Duits / Duits-Nederlands

RSS feed RSS

Mooi meegenomen!

Vertalingen naar het Duits aan de hand van actuele artikelen uit de Nederlandstalige pers.
Alle vertalingen zijn ook opgenomen in ons online vertaalwoordenboek (met verwijzingen naar de relevante artikelen).
NIEUW: Kijk eens naar onze account op Quizlet, een online tool voor het leren van woordjes.



06.03.2025 | lees het artikel

Grote belangstelling voor visdeurbel Utrechtse sluis, site vanochtend overbelast

de visdeurbel die Fischtürklingel
veel bekijks trekken großes Aufsehen erregen
aanbellen klingeln
het hebben over iets über / von etwas sprechen
de sluiswachter der Schleusenwärter
aangaan beginnen
de afweging die Abwägung
ten onder gaan zugrunde gehen

Archief van artikelen

    2025-03

  • 03.03.2025 | lees het artikel

    aan de zijlijn staan → außen vor bleiben
    het gaat om de knikkers → es geht ums Prinzip
    de knikker → die Murmel
    het kruispunt → die Kreuzung, der Schnittpunkt
    eenvoudigweg → schlechthin
    de aanvaring → der Konflikt
    het tij keren → den Trend umkehren, für einen Umschwung sorgen
    een belofte nakomen → ein Versprechen einhalten
    de vertraging → die Verzögerung
    de VUB (Vrije Universiteit Brussel) → die niederländischsprachige Universität in Brüssel
    gewicht in de schaal leggen → ins Gewicht fallen, sein (ganzes) Gewicht in die Waagschale werfen
    het voortouw nemen → die Initiative ergreifen, die Zügel in die Hand nehmen
    de pluim → das Kompliment, das Lob
    de zeggenschap → die Verfügungsgewalt
    de lidstaat → der Mitgliedstaat

  • 03.03.2025 | lees het artikel

    rauw → roh, rau, grob
    verzilveren → einlösen
    aanstippen → streifen
    ontrafelen → entwirren
    het afleggen tegen iemand → unterliegen, den Kürzeren ziehen (gegenüber jemandem)
    grappen → scherzen
    de sneer → die höhnische Bemerkung
    een oude rot → ein alter Hase
    de haat → der Hass
    pover → dürftig
    hoop putten uit → Hoffnung schöpfen aus
    wier → deren
    uithalen naar iets / iemand → etwas / jemanden kritisieren
    de onverzettelijkheid → die Sturheit

  • 01.03.2025 | lees het artikel

    de steun → die Unterstützung
    de goedkeuring → die Billigung, Zustimmung, das Einverständnis
    blijken → hervorgehen
    de vergadering → die Sitzung, Besprechung
    de vertrouweling → die Vertrauensperson
    de legeraanvoer → derBefehlshaber
    ondanks → trotz
    de bevoegdheden → die Befugnisse
    de belofte → das Versprechen
    troonsafstand doen → abdanken
    de bubbel → die Blase
    de strekkingdie → Tendenz, der Inhalt
    pas → erst
    toetsen → testen
    de kwestie → die Frage

  • 2025-02

  • 27.02.2025 | lees het artikel

    de kous op de kop krijgen → sich eine Abfuhr holen
    meezitten → klappen, günstig/planmäßig verlaufen
    nul op het rekest krijgen → abschlägig beschieden werden
    de zegswijze → die Redensart
    vrijwel → nahezu, so gut wie
    kwijtraken → verlieren
    blootshoofds → barhäuptig
    onfortuinlijk → glücklos, unglücklich
    de dwaasheid → die Torheit
    berooid → arm, mittellos
    de mouw → der Ärmel
    zich uitsloven → sich abrackern
    de Zeeuw → der Bewohner der niederländischen Provinz Zeeland
    kennelijk → offensichtlich
    de takel → das Takel, die Takelage, das Takelwerk
    de bout → der Bolzen

  • 27.02.2025 | lees het artikel

    de graveur → der Radierer
    zich oprichten → sich aufrichten, sich erheben
    de kuststrook → der Küstenstreifen
    de manen → die Mähne
    de bek → das Maul
    de navolging → die Nachahmung
    de verwijzing → der Hinweis
    tijdelijk → vorübergehend
    de muil → das Maul
    de staart → der Schwanz

  • 19.02.2025 | lees het artikel

    de overdracht → die Übergabe
    onmisbaar → unersetzlich
    Schots → schottisch
    druk zijn met iets → mit etwas (voll) beschäftigt sein
    de bel → die Klingel
    oudheden → antike Gegenstände

  • 19.02.2025 | lees het artikel

    iets op zijn plaats zetten → etwas an seinen Platz stellen
    de uitkomst → die Lösung, Rettung, der Ausweg
    baat hebben bij iets → Nutzen von etwas haben
    Indiaas → indisch
    mensonterend → die Menschenwürde verletzend
    verslaafd raken → süchtig werden
    vooraanstaand → prominent
    de aanjager → der Antreiber
    fileren → verreißen
    onstuitbaar → unaufhaltsam
    een kip met gouden eieren → eine Henne, die goldene Eier legt
    het nageslacht → die Nachkommen(schaft)
    de papaver → der Mohn
    het gemiddelde → der Durchschnitt
    de doorwerking → die Auswirkung
    aanzienlijk → beträchtlich
    teisteren → heimsuchen
    het beleid → die Politik
    de uitputting → die Erschöpfung
    uitvaardigen → erlassen
    uitroeien → ausrotten
    de teelt → der Anbau
    onmisbaar → unentbehrlich
    de brandstichter → der Brandstifter
    de nootmuskaat → die Muskatnuss
    de ziekteverwekker → der Krankheitserreger

  • 19.02.2025 | lees het artikel

    missen → vermissen
    beslissen → entscheiden
    letterlijk → buchstäblich
    zich uitlaten → sich äußern
    het zelfstandig naamwoord → das Substantiv

  • 17.02.2025 | lees het artikel

    ontslaan → entlassen, kündigen
    in zwaar weer zijn → in Schwierigkeiten sein (in NL)
    schrappen → streichen
    snijden → kürzen
    de bezuiniging → die Einsparung
    krap bij kas zitten → knapp bei Kasse sein
    het wetsvoorstel → der Gesetzentwurf
    wrang → bitter, herb, schmerzlich
    dat hakt erin → das geht ins Geld, das reißt ein tiefes Loch in den Beutel
    eruit liggen → nicht mehr dazu gehören
    keihard → sehr hart
    inzetten op iets → sich konzentrieren auf etwas
    iemand de deur wijzen → jemanden vor die Tür setzen
    het kind met het badwater weggooien → das Kind mit dem Bade ausschütten

  • 17.02.2025 | lees het artikel

    aan zet zijn → am Zug sein
    een poging doen → einen Versuch unternehmen
    afstappen van iets → verzichten auf etwas, fallen lassen
    federaal → national (in B)
    de vacature → die freie Stelle
    achterhaald → überholt
    aan iets afbreuk doen → etwas beeinträchtigen
    de / het vereiste → das Erfordernis
    cruciaal → ausschlaggebend, entscheidend

  • 12.02.2025 | lees het artikel

    kortstondig → kurz, von kurzer Dauer
    bruut → brutal
    geducht → gefürchtet
    bij herhaling → wiederholt
    het mag geen naam hebben → es ist nicht der Rede wert
    het voortouw nemen → die Initiative ergreifen
    als vanouds → wie eh und je
    de kruidnagel → die (Gewürz)Nelke
    er komt schot in de zaak → es geht vorwärts
    zich hard maken voor iets → sich einsetzen für etwas
    de grootaandeelhouder → der Großaktionär
    onder het mom → unter dem Vorwand, dem Deckmantel
    de huurling → der Söldner
    meedogenloos → rücksichtslos, schonungslos
    de / het rubber → der Kautschuk
    de wanbetaler → der schlechte / säumige Zahler
    overeind houden → auf den Beinen halten
    de bemoeizucht → die Neigung​, sich (in alles) einzumischen
    de aanjager → der Antreiber
    onschendbaar → immun
    verschroeide aarde → verbrannte Erde
    de zendeling → der Missionar (protestantisch)

  • 11.02.2025 | lees het artikel

    de mof → Schimpfwort für Deutsche, ± Teutone
    de verbouwing → der Umbau
    de vondst → der Fund
    het plafond → die Decke
    vakkundig → fachmännisch
    vervaardigen → anfertigen, herstellen
    toelichten → erläutern

  • 11.02.2025 | lees het artikel

    iemand neerzetten als → jemanden darstellen / schildern als
    het struikelblok → das Hindernis
    in duigen vallen → in die Brüche gehen, sich zerschlagen
    op rolletjes lopen → wie geschmiert laufen
    alluderen → anspielen (auf)
    aan de kant zetten → beiseite schieben
    vernederend → erniedrigend
    de mislukking → der Misserfolg, das Scheitern
    de RAI (rijwiel- en automobielindustrie) → ± Fahrrad- und Automobilindustrie
    de kerstborrel → der Weihnachtsumtrunk (in NL)
    keihard werken → sehr hart/eifrig arbeiten
    de stage → das Praktikum
    de / het lef → die Traute, der Mut

  • 04.02.2025 | lees het artikel

    flauwvallen → in Ohnmacht fallen, ohnmächtig werden
    uitgeput → erschöpft
    de ontgroening → das (studentische) Inkorporationsritual
    misgaan → schiefgehen, danebengehen
    afsnauwen → anschnauzen
    het kabaal → der Lärm
    iemand uitschelden → jemanden beschimpfen

  • 03.02.2025 | lees het artikel

    de eedaflegging → die Eidesleistung

  • 03.02.2025 | lees het artikel

    beëdigen → vereidigen
    de stembus → die Wahlurne
    de uitkering → die Zuwendung, Unterstützung
    iets ongedaan maken → etwas rückgängig machen
    uitfaseren → schrittweise beenden
    de VRT (Vlaamse Radio- en Televisieomroep) → die flämische Rundfunk- und Fernsehanstalt

  • 2025-01

  • 30.01.2025 | lees het artikel

    de uitkomst → das Ergebnis
    de geneeskunde → die Medizin
    een knaller van een feest → ein spektakuläres Fest
    iemand in het zonnetje zetten → jemanden loben, ehren

  • 30.01.2025 | lees het artikel

    flatteus → schmeichelhaft
    bespaard → erspart
    bikkelhard → knallhart, schonungslos
    de brompot → der Brummbär
    het kikkerlandje → das nasse/nasskalte Ländchen (NL)
    de ijzervreter → der Haudegen, Draufgänger
    laat maar waaien! → lass laufen!, kümmere dich nicht darum!
    verworden → entarten
    nuffig → geziert
    de slappeling → der Weichling, Schwächling
    de snuiver → der Schnüffler
    afhaken → aussteigen, aufgeben
    het voorproefje → der Vorgeschmack, die Kostprobe
    verwrongen → entstellt
    de / het ratjetoe → der Mischmasch, das Durcheinander
    de stroopwafel → ± die Sirupwaffel
    onverklaarbaar → unerklärlich
    de tongval → der Akzent
    slissen → lispeln
    de misleiding → die Täuschung, Irreführung
    raak schieten → treffen, einen Treffer erzielen
    pochen → prahlen, aufschneiden
    de gang van zaken → der Hergang, der Gang der Dinge
    zijn draai niet kunnen vinden → den Dreh noch nicht heraushaben
    de regelneef → jemand, der immer alles für andere regeln möchte
    de branieschopper → der Angeber
    evenaren → gleichkommen
    going dutch → https://de.wikipedia.org/wiki/Going_Dutch

  • 30.01.2025 | lees het artikel

    sober → schlicht
    rechtlijnig → geradlinig
    behoudend → konservativ
    het scheldwoord → das Schimpfwort
    het gezag → die Autorität
    de zondigheid → die Sündhaftigkeit
    de geuzennaam → mit Stolz getragener Zuname
    bekrompen → borniert, spießbürgerlich
    smalend → höhnisch, hämisch
    benepen → engstirnig
    iemand verslijten voor → jemanden betrachten als
    de bekering → die Bekehrung

  • 27.01.2025 | lees het artikel

    het bewind → die Regierung, das Regime
    Keti Koti (gebroken ketens) → Feiertag zum Gedenken der Abschaffung der Sklaverei (1863)
    onvermoeibaar → unermüdlich
    tot aan de dag van vandaag → bis heute, bis zum heutigen Tag
    wiens → dessen
    nauw → eng
    onlosmakelijk → unverbrüchlich
    uiteenlopend → unterschiedlich
    bruisend → lebhaft
    laagdrempelig → niedrigschwellig

  • 27.01.2025 | lees het artikel

    recht doen aan iets → einer Sache gerecht werden
    de hoogwaardigheidsbekleder → der Würdenträger
    de barst → der Riss
    teisteren → heimsuchen
    schelden → schimpfen
    pal staan voor iets → etwas bis zum Äußersten verteidigen
    tastbaar → greifbar
    schuilen → sich verbergen / verstecken
    de rabbijn → der Rabiner

  • 25.01.2025 | lees het artikel

    de Gouden Ganzenveer → ein niederländischer Literaturpreis
    de ganzenveer → die Gänsefeder, der Gänsekiel
    aanstekelijk → auf ansteckende Weise
    de Bourgondiër → der Burgunder (https://www.chbeck.de/van-loo-burgund/product/30142413)
    de Lage Landen → die Niederlande und Belgien
    het kantoor → das Büro

  • 25.01.2025 | lees het artikel

    de eiser → der Kläger, die Klägerin
    de kwestie → die Angelegenheit
    op de kaart zetten → etwas publik machen
    het broeikasgas → das Treibhausgas
    de opsteker → der Kick, Anreiz, Ansporn
    zijn nek uitsteken → Kopf und Kragen riskieren
    agenderen → auf die Tagesordnung setzen
    evengoed → genauso gut
    iets over het hoofd zien → etwas übersehen
    de achterstelling → die Benachteiligung
    aankaarten → zur Sprache bringen
    last hebben van iets → unter etwas leiden

  • 23.01.2025 | lees het artikel

    de rijpheid → die Reife
    in het gedrang komen → in Gefahr geraten
    belichamen → verkörpern
    vertegenwoordigen → vertreten
    in slechte staat → in schlechtem Zustand
    de beschermingsaanvraag → der Schutzantrag
    soepel → locker
    verplaatsen → umsetzen
    op verzet stuiten → auf Widerstand stoßen
    verfraaien → verschönern, schmücken
    de beeldvorming → das Image
    opklimmen → aufsteigen, aufrücken
    Vooruit → eine sozialdemokratische Partei in Flandern, dem niederländischsprachigen Teil Belgiens, sowie in der zweisprachigen Region Brüssel-Hauptstadt
    inspelen op iets → auf etwas reagieren
    het hekje → das Gitter

  • 23.01.2025 | lees het artikel

    de peuk → die Kippe
    sieren → schmücken
    weggooien → wegwerfen
    de ontmoediging → die Entmutigung
    het bos → der Wald
    kweken → erzeugen
    het mycelium → das Mycel
    de hondenpoep → der Hundekot
    het zwerfafval → der Zivilisationsmüll

  • 18.01.2025 | lees het artikel

    het kamp → das Lager
    iets uitzoeken → etwas untersuchen, recherchieren
    uitlichten → herausgreifen
    oppakken → festnehmen, verhaften
    de verzetsmensen → die Widerstandskämpfer
    zich voordoen als iemand → sich als jemand / für jemanden ausgeben
    de steengroeve → der Steinbruch
    op termijn → irgendwann
    de onderzoeker → der Forscher
    de tankgracht → der Panzergraben
    het voedseltekort → der Nahrungsmittelmangel
    als een lopend vuurtje → wie ein Lauffeuer
    de middenstander → der (mittelständische) Einzelhändler, Gewerbetreibende
    de notabele → die angesehene Person
    alles in het werk stellen → alles versuchen, daransetzen
    de melkbus → die Milchkanne

  • 18.01.2025 | lees het artikel

    het steunpunt → der Stützpunkt
    de VRT (Vlaamse Radio- en Televisieomroep) → die flämische Rundfunk- und Fernsehanstalt
    belichamen → verkörpern
    onmiskenbaar → unverkennbar
    ontroerd → gerührt, bewegt, ergriffen
    succes boeken → Erfolg haben
    iets nieuw leven inblazen → etwas neu beleben

  • 17.01.2025 | lees het artikel

    onderscheppen → abfangen
    de poging → der Versuch
    de sambabal → die Rumbakugel
    de kalebas → der Kürbis
    voorzien van → versehen mit
    luchtig → locker
    de knipoog → das Augenzwinkern
    lef hebben → den Mumm/Schneid haben
    opzwepend → aufreizend

  • 16.01.2025 | lees het artikel

    de hesp → der Schinken (in B)
    de ham → der Schinken (in NL)
    de achterbout → die Hinterkeule
    de taks → die Steuer, die Abgabe (in B)
    de poortwachter → der Torwächter
    de bocht → die Kurve
    aangeslibd land → angeschwemmtes Land
    mettertijd → mit der Zeit, im Laufe der Zeit
    het heupgewricht → das Hüftgelenk
    gaandeweg → nach und nach
    tegenstrijdig → widersprüchlich
    om zeep gaan → in die Binsen gehen (in B)

Niets gevonden!

[ Complete lijst tonen (zeer lang) ]