Wörterbuch :: Niederländische Philologie FU Berlin

Mooi meegenomen!
Übersetzungen anhand eines Artikels aus der niederländischsprachigen Presse
Üben mit Quizlet!

Van aap tot André van Duin: weer bonte oogst bij oudjaarsstunts

oudjaar	→	Silvester
de oogst	→	die Ernte
terecht zijn	→	wiedergefunden sein
de fluitketel	→	der Pfeifkessel
zoek zijn	→	vermisst werden
de benen nemen	→	Reißaus nehmen
kerstavond	→	Heiligabend
geschikt	→	geeignet
wij zijn daar wezen kijken	→	wir haben es uns angesehen
netjes	→	ordentlich
de stek	→	der Platz
hinten	→	tippen, einen Tipp geben
achter de rug zijn	→	vorbei / erledigt sein
ontvreemden	→	entwenden, stehlen
achter iets zitten	→	hinter etwas stecken
de tweewieler	→	das Zweirad, Fahrrad
de staat	→	der Zustand
het fietspad	→	der Fahrradweg
dusdanig	→	derartig
de oliebol	→	der Krapfen
daar komt de aap uit de mouw	→	da kommt die Katze aus dem Sack
zijn stinkende best doen	→	sein Allerbestes geben/tun

voor eigen parochie	→	vor der eigenen Anhängerschaft
de VHP (Vooruitstrevende Hervormings Partij)	→	politische Partei in Suriname
haaks staan op iets	→	mit einer Sache nicht vereinbar sein, im Widerspruch zu einer Sache stehen
op het verkeerde been zetten	→	jemanden täuschen / austricksen
bij voorbaat	→	von vornherein, im Voraus
voor zoete koek slikken	→	etwas kritiklos hinnehmen
prudent	→	umsichtig
fraai	→	schön
de grijsgedraaide plaat	→	dieselbe (alte) Leier
op een houtje bijten	→	nichts zu beißen (und zu brechen) haben
staven	→	nachweisen, beweisen
de losse flodder	→	die flüchtige Bemerkung
zwart maken	→	anschwärzen
de NDP (Nationale Democratische Partij)	→	politische Partei in Suriname (gegründet von Desi Bouterse)
het wordt al van de daken geschreeuwd	→	die Spatzen pfeifen es von den/allen Dächern
de salarisverhoging	→	die Gehaltserhöhung
het veelvoud	→	das Vielfache
het kiesstelsel	→	das Wahlsystem
een pertinente leugen	→	eine unverschämte Lüge
nalaten	→	versäumen
met tegenzin	→	widerwillig
verwaarlozen	→	vernachlässigen
DNA (de Nationale Assemblée)	→	das surinamer Parlament
de benen nemen	→	Reißaus nehmen
oppakken	→	verhaften

de spruitjes	→	der Rosenkohl
de benen nemen	→	Reißaus nehmen
het winkelkarretje	→	der Einkaufswagen
slagen in iets	→	mit etwas Erfolg haben, etwas schaffen
uitwijzen	→	beweisen, zeigen
de veiling	→	die Auktion, Versteigerung
het sap	→	der Saft
prutsen	→	pfuschen
aan iets sleutelen	→	an etwas herumbasteln / herumdoktern