Wörterbuch Niederländisch-Deutsch / Deutsch-Niederländisch

Mooi meegenomen!
Übersetzungen anhand eines Artikels aus der niederländischsprachigen Presse
Üben mit Quizlet!


24.12.2021 | Artikel lesen

Shoppen, bier: massa’s gaan de grens over: ‘In Nederland mag je helemaal niks’

de kerstinkopen die Weihnachtseinkäufe
na vijven nach 17:00 Uhr
uithuizig außer Haus
stikken van iets wimmeln von etwas
uitpuilen überquellen
de gêne die Verlegenheit
de uitbater der Betreiber
vrijwel nahezu
lachwekkend zum Lachen, komisch
zich klem rijden sich festfahren
de file der Stau
men kon er wel over de hoofden lopen die Menschen standen da Kopf an Kopf
miegelen wimmeln
de bijkomstigheid der Nebenumstand
afzakken naar iets anreisen (in B)
slenteren schlendern
aardig nett
iemand afsnauwen jemanden anschnauzen
de goesting der Appetit, die Lust (in B)
de horeca (hotel-restaurant-café) das Gaststättengewerbe
iemand aanschieten jemanden ansprechen

01.02.2015 | Artikel lesen

Kleedje mag voortaan, goesting toch niet

het kleed das Kleid (in B)
de goesting der Appetit, die Lust (in B)
het kraantjeswater das Leitungswasser (in B)
de schoonbroer der Schwager (in B)
de parking der Parkplatz (in B)
plezant angenehm, vergnüglich, schön, nett (in B)
de plattekaas der Quark (in B)
de motard der Motorradfahrer (in B)
zo helder als pompwater so klar wie Kloßbrühe (in B)
iemand van haar noch pluim kennen jemanden überhaupt nicht kennen (in B)
als de kat op de koord komt wenn es darauf ankommt (in B)
de pannen van het dak spelen die Sterne vom Himmel spielen (in B)

[ zurück | Artikel-Archiv | Wörterbuch ]